week 1: 4 - 10 januari

4 januari
5 januari
6 januari
7 januari
8 januari
9 januari
10 januari


4 januari: Miyajima - Hiroshima - Kyoto

Na het ontbijt keerden we met de boot weer terug naar het vaste land. Helaas voor ons was het deze dag wel schittend, dus nu hadden we vanaf de berg wel alles kunnen zien, maar je kunt niet alles hebben. In Hiroshima stopten we de koffers weer in de locker om vervolgens naar het memorial museum te trekken. Ook dit vond ik erg indrukwekkend. Papa vond wel dat ze het verhaal over de betrokkenheid van Japan en vooral het begin van de oorlog in de Passific wel wat meer naar waarheid mochten weergeven. Wel viel het me op dat ze in het museum wel over de koreanen spraken die "werkten" in Japan. Er stond niet duidelijk bij dat ze daartoe waren gedwongen, maar het is een begin. Verder waren er een aantal muren met faxen gestuurd door de opeenvolgende burgemeesters van Hiroshima naar landen die atoomproeven doen. De laatste waren steeds aan de heer Clinton of aan de heer Jetsin gericht. Je zag ook duidelijk de crisis van Mururowa van een paar jaar geleden.
Op de laatste afdeling van het museum waren allemaal kleding stukken, brilletjes en andere artikelen uitgestald, die mensen die zijn overleden bij zich droegen of aanhadden. Enorm opvallend hier was dat 80% van de voorwerpen van kinderen was geweest. Dit strookt ook weer niet zo goed met de werkelijkheid. Heel veel kinderen in die tijd van de oorlog waren ondergebracht op boerderijen buiten de stad. Dit was gedaan omdat Hiroshima nog een van de weinige steden was die intact was gebleven. De rest van het land was al stuk gebombaardeerd. Het aantal kinderen dat slachtoffer is geworden was daardoor in verhouding laag. Maar omdat kinderen nauw eenmaal voor zielig en hulpeloos staan, denk ik dat ze het toch zo maken.
Wat verder nog indrukwekkend was, was een van de kraanvogeltjes gevouwen door een meisje met leukomie. Het verhaal gaat in Japan dat als je 1000 kraanvogels hebt gevouwen je wensen uitkomen. Haar wens was te overleven, maar ondanks het feit dat ze meer dan 1600 kraanvogels heeft gevouwen, heeft ze het niet gered. Dit is de reden dat je bij heel veel monumenten voor kinderen gevouwen kraanvogels ziet, voor dit meisje.

Na het museum moesten we haasten naar de trein die ons terug zou brengen naar Kyoto. Vanwege het einde van de new years holidays zaten we niet bij elkaar en moesten we ook in osaka overstappen. De trein was inderdaad heel druk en vooral bij de nietgereserveerde wagons barste het van de mensen. Ook zaten veel mensen in de gangetjes zonder zitplaats kaartje. Maar toch bleek de stoel naast én Jan-Pascal én papa leeg. In Kyoto aangekomen aten we in een tent met allerlei saté stokjes. Je bestelde een aantal en dan werd het op een plaat gelegd. Ze hadden echt vanalles, dus we konden lang niet alles proberen. Daarna ieder weer naar zijn eigen bedje.

terug naar week 1

5 januari: Bus en metropas is het toch niet helemaal

Zoals doen gebruikelijk had papa een enorm schema voor deze dag in Kyoto gemaakt. We hadden kaartjes gekocht zodat we twee dagen onbeperkt met de bussen en metro's van Kyoto mochten reizen. De eerste halte was het imperial palace. Daar bespraken we een rondleiding voor de volgende dag en tevens een rondleiding voor overmorgen bij Shugakuin Villa. Daarna gingen we op naar het noorden naar Daitokuij tempel. Hier is zou een zentuin zijn waar een eeuw geleden iets aan is toegevoegd. Namelijk een steen. De ene vindt dit een geweldige uitbreiding terwijl anderen het niets vinden. Helaas was alles bij het complex in het japans en konden we het eerst niet eens goed vinden. Het tuintje was ook wel erg klein. Daarop gingen we naar Kinkakuji Tempel beter bekend als het gouden paviljoen. Dit was in een woord schitterend. We waren per ongelijk precies op het goede moment van de dag en daardoor weerspiegelde de tempel in de zon heel mooi in het water. De tempel, zoals de naam al doet vermoeden is geheel beslagen met goud. Halverwege deze eeuw is de tempel door een volgeling die zo in de ban was van het gebouw in brand gestoken en daarna weer heropgebouwd. Tevens is er een oud theehuisje bij. Omdat het al tegen lunchtijd liep gingen we maar wat zoeken. Maar in het noorden van Kyoto is dat een stuk minder eenvoudig dan in het centrum. Uiteindelijk vonden we iets dat eigenlijk dichtleek, maar toch open bleek. Vervolgens namen we de bus, die maar eens in het half uur ging naar de Ryoanji tempel. Deze tempel is bekend om de tuin met de 15 stenen die over de hele wereld het symbool van zen is geworden. Er liggen dus 15 stenen, maar deze zijn zo gegroepeerd, dat je vanuit elke positie er maar maximaal 14 tegelijk kan zien. Er is maar één positie waarop je ze allemaal kan zien, dat is vanuit de lucht. Hier hoor je op de veranda te gaan zitten en even te mediteren. Ik vond dit zelf ook heel erg apart.
In de tussentijd waren we doordat het OV toch wel veel langer dachten dat we hadden gehoopt zoveel tijd verloren dat er wat geschrapt moest worden. We gingen dan ook nu meteen een heel stuk verder naar Toji Tempel, helemaal in het zuiden. Helaas moesten we hiervoor 2 keer overstappen en daar steeds lang wachten. Probleem is dat er nog steeds zondag en feestdag regelingen worden gereden door de bussen. Bij Toji staat de pagode waarom Kyoto beroemd is en waarmee de stad altijd wordt afgebeeld. Deze pagode is dan ook de grootste van het land. Toch vonden we het niet te aantrekkelijk om te gaan kijken en gingen we door naar het volgende punt. Sanjusangendo. We gingen in een bus, die eigenlijk eerst niet wilde stoppen. Toen bleek dat die bus een halte verder van chauffeur ging wisselen en toen moest iedereen er weer uit. Weer heel veel tijd verloren. Om iets na 3 uur waren we eindelijk bij Sanjusangendo, de tempel van de 1001 beelden. Helaas ging deze dus om 3 uur dicht. Althans tot 3 uur kon je een kaartje kopen en om half 4 sloten de poorten. Pech dus.
Daarop gingen we met een bus twee haltes verder om Kiyomizudera te bekijken. In het boek van Jan-Pascal's ouders had zijn moeder hierbij "Heel mooi" geschreven. En inderdaad was het ook erg mooi. Deze tempel, had in tegenstelling tot veel andere tempels nog kleuren. De tempel was gebouwd op palen tegen de bergwand aan. Vanaf een veranda kun je over de hele stad heen kijken. Er was ook een zeer touristische manier van waterbron waar je je kon zuiveren. Een waterval, met eronder een dak. Onder dat dak moest je gaan staan en dan met een bekertje aan een hele lange stok water van de waterval "vangen". Iedereen deed het alleen maar voor de foto, dus wij ook.
Hierna was het echt wel weer etenstijd geworden. We gingen voor het diner naar het franse café. Ditmaal werden we door een nieuwe iemand bedient. Het meisje sprak naast japans alleen maar frans! Ze bleek een jaar in Parijs te hebben gewoont. Omdat het volgens dit cafe nog steeds vakantie periode was moest je 10% toeslag ipv 5% betalen, maar het eten was wel voortreffelijk.

terug naar week 1

6 januari: Bank, Imperial Palace, Nijo Castle, Higashi Honganji en Nishi Honganji

De ochtend begon bij de bank of Tokyo-Mitsubishi om weer geld te storten op mijn rekening. Maar wat bleek de vestiging was niet meer waar deze eerst was, maar verplaatst. Gelukkig konden we wel wijs worden uit de bordjes. Ook wisten we niet precies hier het met het bankboekje zat. Jan-Pascal stopte het om te testen in de automaat en toe kon je zo al je afboekingen erbij laten schrijven. Dus dat deed ik daarna ook. En je gelooft het niet, maar het apparaat had zelf de bladzijde omgeslagen toen dat noodzakelijk was! We storten het geld ook via de automaat, dan hoefde we niet moeilijk aan de balie te gaan doen en alles was gepiept.
Nu werd het tijd om naar het imperial palace te gaan. Tot mijn schrik zag ik dat die rare amerikanen uit Hiroshima ook bij onze tour zaten en jawel begonnen ze ons weer aan te spreken. Verder kwamen we ook het duitse meisje van het pottenbakken weer tegen. Ze vroeg of wij de potten al hadden, jawel. Zei nog niet. We zouden het voor haar gaan navragen. Het palace was wel grappig, maar niet echt een must vind ik achteraf. Wel natuurlijk als je 6 maanden in de stad woont, maar niet als je maar een paar dagen hebt. Leuk was vooral de poorten. Door de belangrijkste mag alleen de keizer. Daarna een daar mogen dan royalties door (zoals Koningin Elisabeth van Engeland), daarna weer een voor nog minder belangrijken mensen tot ongeveer de poort waar wij als touristen door waren gekomen. De tuin vond ik wel imposant. Ook zagen we de paar vertrekken waar de keizer zich in kon begeven, en dat was niet echt veel. De dakbedekking was van ceder hout en moet elke 30 jaar worden vervangen. Je kon goed zien dat een deel een paar jaar geleden was gedaan en een ander deel nog moest.
Na het paleis gingen we naar Nijo castle. Waar het paleis van de keizerlijke familie was, was het castle gebouwd door de shogun. Het is veel imposanter dan het relatief sobere paleis. Dit om de mensen van Kyoto toe imponeren en de macht te tonen. Het kasteel heeft krakende vloeren die klinken als nachtegalen, zodat de shogun altijd kan horen dat er mensen aankomen. Verder zijn er imposante houtsnijwerken en deuren met beschilderde rijspapieren. Allemaal prachtig.
na het kasteel gingen we naar Higashi Honganji en Nishi Honganji. Nishi betekent west en Higashi betekent west. Je begrijpt Nishi ligt in het westen en Higashi ten oosten ervan. Nishi was er het eerst, maar Higashi is gesticht meer voor het volk. Deze tempel werd daardoor ook heel erg populair en is dat nog onder de bevolking. Ze waren gesloten maar de grote gebouwen en poorten konden we wel bekijken. Higashi ligt in eht verlengde van het Station van Kyoto en is voor vele dus de eerste tempel die ze zien. Daarna gingen we nog langs het station om alvast kaartjes voor papa en mama te kopen, zodat ze overmorgen met de trein naar het vliegveld kunnen.
De dag was wel weer op zijn einde. We zochten eten en gingen weer naar of het hotel of Shugakuin.

terug naar week 1

7 januari: Shugakuin Villa en het laatste met de taxi

Dit is de laatste dag van de vakantie van papa en mama bij ons en dus ook van ons. We spraken af bij het treinstation Shugakuin bij ons, omdat we naar de villa zouden gaan. Aangezien we wat vroeg waren, zijn we gaan lopen en dat ging prima. De villa was gelukkig eenvoudig te vinden. Papa en mama waren hun paspoort vergeten en daar zaten we even over in de rats, maar gelukkig vroegen ze niet naar onze legitimatie. De hele rondleiding was in het Japans, maar ik vond dat er wel veel was  te zien. Papa zei nog tegen de gids dat wij geen japans verstaan. (dit was misschien niet zo handig omdat dat voor een japanner betekend, dat je in het engels moet spreken. Dit is een hint voor bezoekers aan japan!). Het was enorm uitgestrekt en veel groter dan ik had verwacht. We zagen drie gebouwen. Het hoogst gelegen was door de keizer zelf ontworpen en keek uit over een groot meer. Dit meer lag op de berghelling, waardoor eerst een soort stuwdam was gebouwd om het water in het meer te houden. In het meer was een eiland in de vorm van een draak.
Iets anders leuks was in een van de andere gebouwen. Daar was een vis met gaas ervoor. In het gaas was een gat, waarvan men zegt dat de vis dat heeft gedaan om te kunnen ontsnappen.
Na anderhalf uur stonden we weer buiten. Omdat papa een beetje de pest had over de gemiste dingen doordat het OV de afgelopen twee dagen niet snel genoeg ging naar zijn zin, pakten we een taxi en reden naar Gingakuji. Deze tempel is beter bekend onder de naam zilveren paviljoen. In tegenstelling tot het gouden paviljoen is deze nooit zilver geweest (Sorry Chilo het gouden paviljoen ook niet). Men zegt dat dat wel de bedoeling was. In de tuin is van zand een hele grote berg gemaakt die de mount Fuji moet voorstellen en verder een hoop die de Chinese zee uitbeeld. De keizer zou hier komen om vanaf de berg de zee in het maanlicht te bekijken. Nou zo was het vanaf de berg ook erg mooi. De tuin is verder namelijk tegen een berg gebouwd. bovenaan is ook een soort bron waarvan men zegt dat water voor de thee wordt gehaald. Ook zou in deze tempelcomplex het oudste theeseremonie huis van Japan zijn, maar dat mag de tourist niet bezoeken.
De volgende plek die we wederom met de taxi bereikten was Sanjusangendo, die nu dus wel open was. In de langgerekte tempel hal staan 1001 beelden van 1,5 meter hoog met ieder 40 armen. Die 40 armen beschermen de 1000 werelden. Voor de beelden stonden ook de 33 reincarnaties van Kannon. De 1001 beeldjes zijn gemaakt door 60 beeldhouders die er ongeveer een eeuw over hebben gedaan. In het midden staat nog een hele grote budha. Ik vond het erg mooi maar helaas was de vloer wel enorm koud aan je voeten, waar uiteraard de schoenen van waren verwijderd.
Het laatste punt was het handicraft centre. Hier zou je mensen kunnen zien die nog op traditionele wijze souveniers maken, maar het was meer een verkoop punt voor mensen die één dag kyoto hebben en wat moeten meenemen voor thuis. Maar ach, ze hadden we alle traditionele souveniers en het was wel erg leuk om die te bekijken. Ook waren er nog twee de hands kimono's en boeken over japan en kyoto. We lieten ons terug brengen door een gratis bus naar het hotel. Bij het hotel zat Pingu op me te wachten met de afstandbediening van de tv en een kadootje in zijn poten. Het kadootje was een gelukszakje voor het huwelijk. Dus kon in nog even afscheid nemen van pingu. We gingen eten bij het gebouw met de waterval. Dat mocht van papa als ik dat wilde. Dit hadden Jan-Pascal en ik had de eerste twee weken gezien, maar bij het aanblik van de waterval dachten we al, dat is veel te duur voor ons. We zochten wat leuks uit en dachten eigenlijk dat we vlees in boulion moesten doen. Maar het bleek met roosters te zijn. Soort tafel barbeque. Eerst probeerde men ons weg te krijgen met de mededeling dat de kaart alleen in het Japans was. Maar met plaatjes kom je een eind! We bestelde twee verschillende schalen. En kregen toen een schaal met bief en eentje met van alles wat. Verder per persoon een bak salade en twee soorten rijst. Het was erg lekker. Je moest de stukjes die echt flinterdun waren, heel even op het rooster leggen, daarna in de soja saus doen en dan opeten. Vlak tegen het einde vloog het vet dat aan het rooster zat in de fik, daarop kwam men het rooster weghalen en een nieuwe brengen. Het bleken allemaal wegwerp dingen te zijn.
Na het eten was het tijd geworden om afscheid te nemen. Papa en mama moesten om 6 uur opstaan en dat was voor ons vanuit het verre noorden toch wat vroeg.

terug naar week 1

8 januari: weer aan het werk

Toen ik wakker werd realiseerde ik me dat mijn ouders al lang in de trein naar Osaka zaten. Na bijna drie weken vakantie moest er weer gewoon gewerkt worden. Eerst was er natuurlijk een berg aan email, maar daarna kwam het toch vandaag nog wel langzaam op gaan. De dag stond in het teken van het afmaken van het TSP programma. Het was wel weer even Delphi ophalen, maar ging toch aardig.
Ook Jan-Pascal was weer druk aan het werk. De eerste prioriteit was nu toch echt de brieven gaan schrijven voor de bedrijven die hij wil bezoeken in de nog resterende maanden.
Daarna kwam ook het onvermijdelijke dat er boodschappen moesten worden gedaan, maar we haalden maar voor één avond.
's avonds gingen we vroeg naar bed, want eigenlijk waren we toch nog steeds wel uitgeput van alle belevenissen.

terug naar week 1

9 januari: ook in het weekend aan het werk

Het is zaterdag, maar door de vakantie is je ritme toch wel aardig  verstoord. De dag begon met boodschappen doen. Voor het eerst weer veel inslaan voor de hele week. Tevens brachten we 4 fotorolletjes weg naar de fotograaf.
Daarna gingen we nog wat aan de slag. Na pas een dagje werken kon dat best. Ellen kon aan het VRP model beginnen gebaseerd op het TSP model. Vooral was ik bezig met het nadenken hoe de connectie tussen de twee modellen het beste geprogrammeerd kon worden.

terug naar week 1

10 januari: werk

Het klinkt eentonig maar ook vandaag hebben we naast lekker uitgeslapen om helemaal bij te komen zitten werken. Het is nu wel weer gelukt om goed in het werk ritme te komen en vol goede moed de tweede helft van ons verblijf hier in te gaan.

terug naar week 1
Terug naar januari